Internationale samenwerking met lokale impact: zo verbeteren Nederland en de VN samen de wereldwijde brandstof- en tweedehands voertuigkwaliteit. In deze negende aflevering van Samenspel gaan we in gesprek met Marietta Harjono, projectleider bij de Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT), en Rob de Jong, hoofd Duurzame Mobiliteit bij de United Nations Environment Programme (UNEP). Wat begon als hernieuwd contact tussen oude studievrienden, groeide uit tot een baanbrekende samenwerking die de export van vervuilde brandstoffen en onveilige voertuigen naar het buitenland aan banden legt.
Hoe kan een inspectiedienst uit “kikkerlandje” Nederland samen met de VN een wereldwijd probleem aanpakken? Waarom is harmonisatie van regelgeving zo cruciaal in een wereldwijde aanpak? En wat kunnen andere organisaties leren van dit internationale samenspel? Een uniek verhaal over no-nonsense samenwerking met concrete resultaten: van het winnen van rechtszaken tot het beïnvloeden van Europese regelgeving.
Reuring!Café #127 | Staat Innovatie wel voldoende hoog op de agenda van de overheid?
Op 15 april 2025 stond tijdens de 127e editie van het Reuring!Café de vraag centraal: Staat innovatie wel voldoende hoog op de agenda van de overheid? In samenwerking met de Rijks Innovatie Community, het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) en het Directoraat-Generaal Digitalisering en Overheidsorganisatie (DGDOO), met Mark Frequin als debatleider.
Op deze pagina kunt u de samenvatting lezen en de livestream terugkijken.
Innovatie: urgent, maar versnipperd
Dirk-Jan de Bruijn, voorzitter van de Rijks Innovatie Community, trapte af met de stelling dat innovatie binnen de overheid nog te weinig samenhang kent. Hoewel er veel initiatieven zijn, ontbreekt het aan een duidelijke innovatieagenda en centrale regie. De overheid is, volgens hem, goed in pilots, maar laat structurele opschaling vaak liggen. Jan Hendrik Dronkers, secretaris-generaal van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat, vulde aan dat overheidsorganisaties vaak innovatie-avers zijn vanwege risico’s en korte-termijnpolitiek. Innovatie vraagt om moed om te experimenteren en ruimte om mislukkingen als leerervaring te zien. Hij pleitte voor meer focus op daadwerkelijke maatschappelijke impact in plaats van op regelgeving en procedures.
Werkvloer, samenwerking en toekomstdenken
Nanette van Schelven, directeur-generaal Douane, en Jacco de Wit, beleidsrealisator bij de gemeente Heemskerk, benadrukten beiden het belang van innovaties die direct van de werkvloer komen. Van Schelven liet zien dat kleine, slimme ideeën van medewerkers vaak grote impact hebben, zoals efficiëntere methodes om containers te controleren. De Wit toonde met zijn project rondom waterberging onder wegen aan hoe stapsgewijs testen, doorzetten en leren van mislukkingen uiteindelijk leidde tot een cultuurverandering binnen zijn organisatie.
Annemiek de Vries, van het Nederlands Forensisch Instituut, en Mary-José van Overveld, van het Waterschap Brabantse Delta, richtten zich meer op samenwerking en langetermijnvisie. De Vries benadrukte de noodzaak van internationale kennisdeling, vooral binnen nicheterreinen zoals forensisch onderzoek, terwijl Van Overveld wees op het belang om tientallen jaren vooruit te denken in de aanpak van klimaat- en waterproblemen. Beiden onderstreepten dat innovatie niet alleen technische vernieuwing is, maar ook vraagt om nieuwe vormen van samenwerking.
Lef, sociale innovatie en mislukkingen
Naast technologische innovatie was er veel aandacht voor sociale innovatie. Zo vertelde Van Schelven hoe de Douane theater inzette om bewustzijn rondom integriteit te vergroten, en lichtte Van Overveld een project toe waarbij jongeren via scenario-denken werden betrokken bij toekomstvisies voor waterbeheer. Er werd breed erkend dat innovatie ook in cultuur en gedrag moet plaatsvinden, en dat lef en nieuwsgierigheid centraal moeten staan.
In het slot van het debat werd het belang van zichtbaarheid en leren uit mislukkingen onderstreept. Innovaties zouden niet alleen gevierd moeten worden wanneer ze slagen; ook mislukkingen verdienen een plek, zodat anderen ervan kunnen leren. De oproep om een ‘innovatievitrine’ op te zetten waarin successen én briljante mislukkingen worden verzameld, kreeg brede steun.
Concluderend
Innovatie staat binnen de overheid op de agenda, maar nog te gefragmenteerd en vaak te reactief. Voor een toekomstbestendige overheid zijn lef, focus, samenwerking en het normaliseren van risico’s essentieel. Het debat liet zien dat er veel goede voorbeelden zijn, maar dat structurele ondersteuning en meer zichtbaarheid van innovaties cruciaal blijven om de gewenste impact te realiseren.
Verkiezingen Overheidsmanager van het Jaar en Beste Overheidsinnovatie van het Jaar 2025 geopend!
Den Haag, 1 april 2025 – Op 27 november 2025 vinden de uitreikingen van de Overheidsawards voor de Overheidsmanager van het Jaar en de Beste Overheidsinnovatie van het Jaar plaats. Vanaf vandaag kan je de overheidsmanager of -innovatie nomineren die volgens jou deze titel verdient!
De verkiezingen hebben het doel om transparantie en kennisdeling binnen het openbaar bestuur te bevorderen door het werk van goede overheidsmanagers en indrukwekkende overheidsinnovaties uit te lichten en te belonen.
De jury voor de Verkiezing Overheidsmanager van het Jaar, onder leiding van Jetta Klijnsma (Commissaris van de Koning in Drenthe), zoekt naar een manager binnen het thema ‘Koersvast Verbinder’. Turbulente tijden vragen om stabiliteit. In alle lagen van de overheid zijn pioniers aanwezig die voorop lopen om de opgaven het hoofd te bieden.
De overheidsmanager van 2025 weet als geen ander de mensen bij elkaar te houden. Deze is een verbinder pur sang, zowel binnen de eigen organisatie als met de samenleving. Onder leiding van de manager wordt een heldere koers gevaren. De manager creëert een veilige omgeving, waar iedereen tot bloei kan komen en zich maximaal durft in te zetten voor de maatschappij.
In deze roerige tijden zijn innovaties nodig om goed in te spelen op complexe uitdagingen. Een échte innovatie maakt impact. Dit doet ze door middel van haar werkzaamheid, publieke meerwaarde en inspirerende werking. Het is meer dan alleen een verbetering, het is een echte vernieuwing. Innovaties zijn te vinden in een groot aantal categorieën. Er zijn sociale, technologische, digitale, bestuurlijke en organisatorische innovaties. Ze doen zich voor in producten, diensten, voorzieningen, communicatie en processen. Ze bestaan binnen organisaties, maar ook tussen organisaties. Kortom, een enorm veelzijdige context waarin innovaties tot stand komen. Bij de Verkiezing Beste Overheidsinnovatie van het Jaar 2025 is de jury, onder leiding van juryvoorzitter Jan van Zanen (Burgemeester Den Haag), op zoek naar innovaties die het verschil maken. Lees hierde criteria waar een deelnemende innovatie aan moet voldoen.
Tot en met 19 juni 2025 zijn nominaties welkom voor de Verkiezing Beste Overheidsinnovatie en Overheidsmanager van het Jaar. Nomineer de overheidsmanager en/of overheidsinnovatie die volgens jou de titel verdient via www.overheidsawards.nl/nomineer
De Verkiezingen worden georganiseerd door de Vereniging voor OverheidsManagement (VOM) in samenwerking met Netwerk van Publieke Dienstverleners (NPD), Binnenlands Bestuur, iBestuur, FUTUR, ICTU, Interprovinciaal Overleg (IPO), het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK), Stichting Koninklijk Nederlands Normalisatie Instituut (NEN), PA Consulting, Publiek Denken en Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG).
Voor meer informatie over de Verkiezing Beste Overheidsmanager en Beste Overheidsinnovatie van het Jaar 2025 ga je naar https://www.overheidsawards.nl/ of volg ons op LinkedIn.
Reuring!Café #126 | Bestaat de responsieve ambtenaar?
Op 18 maart 2025 vond de 126e editie van het Reuring!Café plaats, georganiseerd door de Vereniging voor OverheidsManagement (VOM) in samenwerking met het Rijksprogramma Open Overheid/I-Partnerschap. Centraal stond de vraag: Bestaat de responsieve ambtenaar?
Op deze pagina kunt u de samenvatting lezen en de livestream terugkijken.
Het debat werd geleid door Mark Frequin, bestuurslid van de VOM, en muzikaal ondersteund door de Wizards of AZ. Jacqueline Rutjens, directeur Open Overheid, trad op als host. Op de bank nam Arre Zuurmond, voormalig regeringscommissaris Informatiehuishouding plaats. De tweede gast was Inge van Gansewinkel, Ambtenaar van het Jaar 2024. Christiaan Rebergen, secretaris-generaal bij het Ministerie van Buitenlandse Zaken was de derde bank gast. De vierde gast was Mirko Noordegraaf, professor voor Public Management aan de Universiteit Utrecht. Annemarie Drahmann, universitair hoofddocent aan de Universiteit Leiden, nam als laatste bank gast aan het debat deel.
De rol van de responsieve ambtenaar
Arre Zuurmond opende de discussie met de stelling dat de overheid nog te vaak bureaucratisch en verkokerd opereert, waardoor ambtenaren onvoldoende ruimte ervaren om responsief te handelen. Hij benadrukte dat volgens hem bureaucratie in de kern een systeem van georganiseerd wantrouwen is, waarin hiërarchie en controle overheersen. Dit maakt het lastig om een responsieve overheid te realiseren, tenzij er een cultuurverandering plaatsvindt waarin openheid en flexibiliteit meer ruimte krijgen.
Inge van Gansewinkel voegde toe dat de bestaande structuren en de wetgeving ambtenaren ondanks goede intenties vaak beperken. Zij noemde voorbeelden waarin regels eerder belemmerend werken dan bijdragen aan responsiviteit. Ze wees erop dat het belangrijk is om daadwerkelijk de samenleving in te gaan, situaties met eigen ogen te zien en in direct contact te komen met mensen, in plaats van alleen vanuit een kantoor te opereren. Dit is volgens Inge essentieel voor het creëren van betere afstemming en responsiviteit.
Balans tussen regels en responsiviteit
Christiaan Rebergen wees op de begrenzingen: ambtenaren moeten voldoen aan veel regels, wat hun handelingsruimte beperkt. De uitdaging ligt erin om ruimte te nemen binnen die regels en deze ruimte te stimuleren binnen de overheid. Hij riep op tot een andere manier van denken, waarbij minder regels een doel op zich kunnen zijn.
Mirko Noordegraaf voegde hieraan toe dat responsiviteit vraagt om een andere manier van organiseren binnen de overheid. Volgens hem is het niet voldoende om openheid en transparantie te prediken; er moet ook structureel worden nagedacht over hoe signalering capaciteit binnen ambtelijke organisaties kan worden verbeterd. Hij benadrukte dat bureaucratie waarde heeft, mits het op een slimme manier wordt ingericht om signalen op te vangen en door te zetten.
Juridische en bestuurlijke uitdagingen
Annemarie Drahmann bracht een juridisch perspectief in. Zij stelde dat wetgeving soms in de weg staat van een responsieve overheid. “Ambtenaren worden vaak afgerekend op naleving van regels, niet op de mate waarin ze daadwerkelijk bijdragen aan maatschappelijke oplossingen,” aldus Drahmann. Zij pleitte voor een herziening van wet- en regelgeving, zodat ambtenaren meer ruimte krijgen om maatwerk te leveren. Daarnaast wees ze op het belang van discretionaire ruimte en het evenredigheidsbeginsel als juridische principes die ambtenaren kunnen helpen om flexibeler te opereren. Ze sprak zich uit tegen de krampachtige focus op precedentwerking, die als argument wordt gebruikt om maatwerk beslissingen te blokkeren.
Afsluitend
Aan het einde van de avond werd duidelijk dat de responsieve ambtenaar nog niet overal vanzelfsprekend is. Hoewel er stappen worden gezet, zijn er nog veel uitdagingen, zowel op het gebied van cultuur, wetgeving als bestuurlijke organisatie.
Jacqueline Rutjens sloot het debat af met dat ze in het begin van de avond sceptisch was over de toekomst van responsiviteit, maar door de verschillende inzichten en concrete voorbeelden optimistischer is geworden. Tijdens het debat hoorde ze vooral verhalen die haar de potentie van een kleinere en meer gedecentraliseerde overheid laten inzien.
Het Reuring!Café bood een levendige discussie over de toekomst van de overheid en de rol van de ambtenaar daarin.