Overheidsawards | Nominatieperiode is geopend! | 24 maart

Overheidsawards | Nominatieperiode is geopend! | 24 maart

Nederland bevindt zich in een roerige periode. Overheidsorganisaties en hun managers nemen belangrijke besluiten die invloed hebben op de gehele Nederlandse samenleving op korte en lange termijn. Welke manager of organisatie is in staat om op een juiste manier in te spelen op deze complexe opgaven? En wie weet ook in roerige tijden het verschil te maken? Vanaf vandaag is het mogelijk om voor beide verkiezingen kandidaten te nomineren. Op 5 november 2020 worden de Overheidsawards uitgereikt aan de Overheidsmanager van het Jaar en de Beste Overheidsorganisatie van het Jaar 2020.

De verkiezingen hebben het doel om transparantie en kennisdeling binnen het openbaar bestuur te bevorderen door het werk van goede overheidsmanagers en -organisaties uit te lichten en te belonen. Jetta Klijnsma, juryvoorzitter van de Verkiezing Overheidsmanager van het Jaar, is op zoek naar vooruitstrevende managers die passen binnen het thema ‘Tussen Systeem en Maatwerk‘. De Overheidsmanager van 2020 is iemand die maatwerk ruimte durft te geven en goed inspeelt op onverwachte (crisis)situaties. Hij/zij stimuleert het besef dat het effect van het handelen van belang is, ook als dat betekent dat je af en toe buiten de lijntjes moet denken en doen.

Jan van Zanen, juryvoorzitter van de Verkiezing Beste Overheidsorganisatie van het Jaar, wil een krachtige organisatie bekronen die met de constante wil om te verbeteren het verschil maakt, passend binnen de door de jury opgestelde dimensies. Ook in deze roerige periode dient de organisatie goed in te spelen op de uitdagingen die in haar omgeving spelen.

Nominaties voor de Verkiezing Overheidsmanager van het Jaar en Verkiezing Beste Overheidsorganisatie van het Jaar zijn welkom tot en met 25 juni 2020. Nomineer jouw overheidsmanager en overheidsorganisatie via www.overheidsawards.nl/nomineer.

De Verkiezingen worden georganiseerd door de Vereniging voor OverheidsManagement (VOM) in samenwerking met Binnenlands Bestuur, FUTUR, Interprovinciaal Overleg (IPO), ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK), NEderlandse Norm (NEN), Netwerk van Publieke Dienstverleners (NPD), Ordina, Publiek Denken en Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG).


Noot voor de redactie

Meer informatie? Bezoek de website: www.overheidsawards.nl

Verkiezing Overheidsmanager van het Jaar | Myrthe Stijns | E: myrthe@vom-online.nl | T: 06 40565653

Verkiezing Beste Overheidsorganisatie van het Jaar | Nick Toet | E: nick@vom-online.nl | T: 06 30099416

Bureau VOM | Het coronavirus en de projecten van de VOM

Bureau VOM | Het coronavirus en de projecten van de VOM

Ook de werkzaamheden van de VOM worden beïnvloed door de maatregelen die zijn genomen om de verspreiding van het coronavirus tegen te gaan. In dit bericht ziet u een kort overzicht van wat het coronavirus voor de projecten van de VOM betekent.

OMOOC

Op dit moment wordt er gewerkt aan een MOOC over het samenwerken van de overheid met startups. Het script hiervoor is grotendeels afgerond en de voorgesprekken met de sprekers zullen, waar mogelijk, op de korte termijn worden afgerond. De opnames zijn echter tot ten minste 6 april uitgesteld. Zodra opnemen wel weer mogelijk is, zal lancering snel volgen.

Platform O

Omdat de kennisuitwisseling zich op platform O vooral digitaal afspeelt, kunnen de meeste werkzaamheden ‘gewoon’ doorgaan. Platform O heeft zich als doel gesteld om zich de aankomende periode veel te richten op het overheidsbeleid aangaande de corona-uitbraak. Er is een serie gestart onder de naam ‘De overheidsdienaar in tijden van crisis’, waar verschillende auteurs schrijven over het overheidshandelen ten tijde van deze complexe uitdaging. 

Verkiezingen 

Met betrekking tot de Verkiezing Overheidsmanager van het Jaar 2020 en de Verkiezing Beste Overheidsorganisatie van het Jaar 2020 verandert er vooralsnog niet aanzienlijk veel door het coronavirus. De officiële opening van beide nominatieperioden verschuift een week, naar 23 en 24 maart. De einddatum voor de nominatieperioden zal wellicht uitgesteld worden, aangezien het moeilijk te voorspellen is wat het effect van het coronavirus zal zijn op de nominatie-instroom. 

Reuring!Café

Door recente kabinetsmaatregelen kunnen ook eerder voorgenomen Reuring!Cafés de aankomende tijd niet doorgaan. Wij hebben mede om die reden besloten de eerstvolgende bijeenkomst, de honderdste editie van het debatprogramma, die gepland stond op 7 april, af te lasten. We gaan uiteraard wel door met het voorbereiden van nieuwe Reuring!Cafés, die wij kunnen organiseren zodra dat weer verantwoord is, en we gaan op zoek naar een nieuwe datum om ‘de honderdste’ toch feestelijk te kunnen laten plaatsvinden. 

Verslag Reuring!Café #99 | Dealen met stedelijke vraagstukken | 10 maart

Verslag Reuring!Café #99 | Dealen met stedelijke vraagstukken | 10 maart

Op dinsdagmiddag 10 maart vond de 99ste editie van Reuring!Café plaats in de Glazen Zaal in Den Haag. Thema was ditmaal dealen met stedelijke vraagstukken, in specifiek middels ‘City Deals’. Driekwart van de Nederlandse bevolking woont in de stad en dit aandeel neemt alleen maar toe. Het bruisende leven in de stad zorgt voor creativiteit, welvaart en innovatie. Tegelijkertijd zien veel steden een stapeling van opgaven op zich afkomen, waardoor achterstanden van mensen en wijken in diezelfde steden toenemen. Zo zal een substantieel deel van de opgaven van de klimaat- en energietransitie voor rekening van juist de kwetsbare wijken komen. Dit maakt Nederlandse steden zowel tot kweekvijver voor ruimtelijk-economische kansen, als tot Achilleshiel voor bedreigingen van de sociaal-fysieke leefbaarheid. De stijging van het aantal inwoners brengt uitdagingen op het gebied van huisvesting met zich mee, innovaties als digitalisering en slimme mobiliteit vragen om vernieuwing van stedelijke infrastructuur en de druk op leefbaarheid neemt toe door de schaarste aan ruimte.

Om een antwoord te bieden op deze stedelijke uitdagingen zijn de City Deals ontwikkeld. In een City Deal worden concrete samenwerkingsafspraken tussen steden, de Rijksoverheid, kennisinstellingen, bedrijven en maatschappelijke organisaties op één specifiek thema verankerd. In deze City Deals wordt opgavegericht geëxperimenteerd, gelijkwaardig samengewerkt en kennis uitgewisseld waardoor versnelling ontstaat in de aanpak van deze complexe en uiteenlopende maatschappelijke vraagstukken.

Samenwerken met een veelvoud van partijen is belangrijk, maar niet altijd eenvoudig. Hoe geef je die samenwerking het beste vorm? Hoe kunnen lokale experimenten bijdragen aan nieuw beleid? Wat is de rol van de (Rijks)overheid in het totstandbrengen van innovatieve oplossingen? En wat levert de samenwerking uiteindelijk op? Deze en andere vragen stonden centraal in deze editie van Reuring!Café. In deze editie passeerden concrete opgaven en resultaten uit City Deals de revue. Centraal daarbij stond de vraag: “Hoe deal je met complexe stedelijke vraagstukken?”

Experimenteren met City Deals

Het programma startte met een korte voorstelronde van de bankgasten en de host. Mark Frequin, buitengewoon adviseur Publiek Leiderschap bij de Algemene Bestuursdienst en voorzitter van de VOM, was ook bij dit Reuring!Café debatleider. Host was Chris Kuijpers, directeur-generaal Bestuur, Ruimte en Wonen bij het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Aan de start van het debat gaf Kuijpers aan veel van steden te houden. Op het vlak van leven, maar ook op het vlak van overheidshandelen: “Steden bepalen heel erg hoe goed het gaat in Nederland. Het zijn daarmee belangrijke onderdelen van onze economie. Bij het maken van beleid over die steden moet echter gerealiseerd worden dat een stad als Amsterdam totaal verschilt van een stad als Emmen. Er is maatwerk nodig. Voor dat maatwerk hebben wij City Deals ontwikkeld. Daarin bieden we steden de ruimte om op specifieke beleidsthema’s te experimenteren met verschillende oplossingsrichtingen voor vraagstukken die in de stad spelen.” Kuijpers sprak daarbij de wens uit om tijdens het debat te achterhalen welke successen en kansen de deals creëren.

De host introduceerde de bankgasten door middel van een gedichtje, waarna de gasten kort een één-op-één-gesprek voerden met debatleider Frequin. In dit één-op-één-gesprek sprak hij eerst met Suzanne Potjer, onderzoeker Urban Future Studios bij de Universiteit Utrecht. Potjer sloot zich in haar opvatting over stedelijke ontwikkeling aan bij die van Kuijpers: “Experimenteren is ontzettend belangrijk. Baanbrekende ideeën die steden verder helpen ontstaan vaak door pioniers. Voor de omarming van die ideeën is echter het brede publiek nodig. De City Deals maken dat mogelijk. De overheid zorgt er met die deals voor dat plannen opgeschaald worden.

Netwerken creëren in plaats van blauwdrukken

Robin Berg, ondernemer bij We Drive Solar en voorvechter van de City Deal ‘Elektrische Deelmobiliteit’, vervolgde het debat door te stellen dat de nieuwe manier van samenwerken rondom stedelijke vraagstukken zijn onderneming verder heeft geholpen: “Wij hebben een schaalsprong kunnen maken van de wijk Lombok naar de hele stad Utrecht, doordat de gemeente ons daarbij hielp.” Op de vraag van Frequin, of die opschaling ook leidt tot het stimuleren van andere gemeenten om de elektrische deelmobiliteit aan de slag te gaan, antwoordde Berg: “Absoluut. Het fijne aan de City Deal aanpak is dat je netwerken creëert. Daarin verschillen ze van reguliere samenwerkingsafspraken. Netwerken verschillen van blauwdrukken in de zin dat je voor iedere stad een eigen plan kan vormen.” Daar sloot ook Hans Mommaas, directeur bij het Planbureau voor de Leefomgeving, zich bij aan.

Marja van Bijsterveldt, burgemeester van Delft en betrokkene bij de City Deal ‘Kennis Maken’, stelde zichzelf later in het debat nog de vraag of het na dit experimenteren en maatwerk nog nodig is om aanpakken te institutionaliseren. Zelf bepleitte ze vooral om de ruimte te houden voor het vrije denken.

Na een pauze was er nog kort ruimte voor vragen uit de zaal. Frequin sloot rond 18:30 uur het debat af en raadde iedereen aan vooral nog een drankje te drinken en mee te eten.

InterCoach | Word een coachend leidinggevende

InterCoach | Word een coachend leidinggevende

Wil je de impact van jouw handelen als leidinggevende vergroten en daarmee je teamprestaties verhogen? Meld je dan aan voor de opleiding coachend leidinggeven. De opleiding is bedoeld voor leidinggevenden die hun stijl onder de loep willen nemen en de wijze van leidinggeven vanuit een coachingsperspectief willen verkennen.

Na afloop van de opleiding geef je beter en vooral effectiever leiding en weet je je medewerkers als individuen en in teamverband beter te ondersteunen in het realiseren van hun doelen voor henzelf en de organisatie. De opleiding bestaat uit 6 lesdagen (in de periode van 16 maart t/m 8 oktober), 3 tot 5 coachgesprekken met een ervaren coach (zelf ook leidinggevende binnen de overheid) en 4 begeleide intervisiebijeenkomsten. De kosten voor de opleiding zijn 4.540,00 euro.

Kijk voor meer informatie in de factsheet Coachend Leidinggeven 2020 of neem contact op met programmamanager Alice de Haan.

Verslag Reuring!Café #98 | Hoe zorgen we dat technologie aan Europese waarden voldoet? | 4 februari

Verslag Reuring!Café #98 | Hoe zorgen we dat technologie aan Europese waarden voldoet? | 4 februari

Op dinsdagmiddag 4 februari vond de 98ste editie van Reuring!Café plaats in de Glazen Zaal in Den Haag. Thema was ditmaal het verankeren van Europese waarden in technologie, in specifiek in kunstmatige intelligentie. Een auto die ons van A naar B brengt zonder dat je er zelf over na hoeft te denken. Een systeem dat de politie in Amsterdam op basis van eerder verzamelde informatie over inbraken helpt bij het voorspellen van de kans op een nieuwe kraak. Een computer die een specifieke kankersoort kan herkennen door het scannen van weefselmonsters, met veel meer succes dan wanneer onderzoekers zo’n scan doen. Het gebeurt! Informatietechnologie, robotisering en kunstmatige intelligentie begeven zich op een veld dat zich razendsnel ontwikkelt en heel veel mogelijkheden voor de publieke sector biedt. De nieuwe uitvindingen hebben de potentie om beleid- en besluitvormingsprocessen efficiënter en effectiever te maken. Toch levert de opkomst van nieuwe technologie ook veel vraagstukken op, zoals de eerder genoemde waardenborging. In deze editie van Reuring!Café gingen we in op de vraag: “Hoe loodst Europa ons door tijden van digitale onzekerheid?”

Leren van concrete voorbeelden

Het programma startte met een korte voorstelronde van de bankgasten en de host. Mark Frequin, buitengewoon adviseur Publiek Leiderschap bij de Algemene Bestuursdienst en voorzitter van de VOM, was ook bij dit Reuring!Café debatleider. Host was Ingelise de Boer, werkzaam bij het Liaisonbureau van het Europees Parlement in Den Haag, met uitgebreide kennis op het gebied van Europese wet- en regelgeving. Aan de start van het debat gaf De Boer aan dat iedereen ziet dat kunstmatige intelligentie enorme kansen kan bieden. Tegelijkertijd, zo stelde ze, moeten er kaders vormgegeven worden om dat concept het beste tot zijn recht te laten komen: “In 2007 is er al een resolutie aangenomen, waarin de Europese Commissie gestimuleerd werd om investeringen op het gebied van AI te versnellen. Inmiddels is het 2020 en eindelijk lijkt de technologie prioriteit te krijgen, door inzet van Ursula von der Leyen, de commissievoorzitter. Laten we het vanavond hebben over hoe we de zak geld die beschikbaar komt voor AI het beste kunnen investeren.

De host introduceerde de bankgasten door middel van een gedichtje, waarna de gasten kort een één-op-één-gesprek voerden met debatleider Frequin. In dit één-op-één-gesprek sprak hij eerst met Petra Delsing, kwartiermaker Artificial Intelligence bij het ministerie van IenW. Delsing stelde graag met AI aan de slag te willen binnen haar organisatie, maar te merken dat er nog onvoldoende concrete voorbeelden zijn die tonen hoe dat kan. In het tweede gesprek dat Frequin voerde, reageerde Jeroen van den Hoven daarop, professor Ethiek en Techniek bij de TU Delft en onderzoeker in de European Group on Ethics in Science and New Technologies (EGE) bij de Europese Commissie, door te stellen dat de TU Delft een grote hoeveelheid van dergelijke voorbeelden kan tonen.

Niet alles dichtregelen

Nadat alle bankgasten op het podium plaats hadden genomen, lichtte Van den Hoven enkele concrete voorbeelden toe waarbij de TU Delft inzet levert om AI transparant te maken: “AI is op dit moment te ondoorzichtig. Je moet AI zien als een robot met een geheim. Dat geheim is door de mens lastig te ontdekken, dus kun je andere robots vragen om voor jou op die ontdekkingstocht te gaan. Je laat systemen met elkaar communiceren. De uitkomsten van die onderlinge communicatie kun je als mens vervolgens weer gebruiken om de eerste robot aan te passen in jouw voordeel, zodat je hem voortaan wel begrijpt. Op basis daarvan kun je ook wetten gaan maken.” Delsing reageerde daarop: “Ik word altijd een beetje kriebelig van meer wetgeving. We weten nog maar net hoe AI werkt en dan willen we het nu al dichtregelen.” Van den Hoven stelde vervolgens: “Klopt inderdaad. Daarom is het verstandig om eerst prioriteit te geven aan de meest urgente kwesties. Zaken die zo schrijnend zijn dat er nu wetgeving nodig is. De rest kunnen we dan rustig ontdekken.”

Jonas Onland, vertegenwoordiger namens de VNG in het partnerschap Digital Transformation of the Urban Agenda bij de Europese Commissie, pleitte daarnaast niet alleen voor meer regelgeving: “Wetgeving is vaak veel te abstract. We moeten eerst aan de slag met een technisch framework dat aan onze Westerse normen voldoet.”

AI for humanity

Frequin vroeg halverwege de eerste helft van het debat Steven Luitjens, programmamanager en strategisch adviseur bij I Interim Rijk bij het ministerie van BZK, het podium op te komen, en stelde hem de vraag wat de rol van Europa is binnen AI. “Europa moet scenario’s uitdenken, die samen een beeld geven van de kanten die AI op kan gaan. We kunnen ons in de richting van China begeven, of in de richting van de VS.”, stelde Luitjens daarop. Van den Hoven reageerde: “China gaat uit van AI for control, de VS van AI for profit. Europa moet uitgaan van AI for humanity.”

Frequin vroeg hoe we dat moeten doen, waarop zowel Van den Hoven als Onland antwoordden dat dat een kwestie is van experimenteren en opschalen. “Geef bijvoorbeeld startups de ruimte om ethische AI te ontwikkelen en investeer daarin, zodat die ethische AI de markt overneemt.”, zo stelde Onland.

Na een pauze was er nog kort ruimte voor vragen uit de zaal. Frequin sloot rond 18:30 uur het debat af en raadde iedereen aan vooral nog een drankje te drinken en mee te eten.